Sint Eustatius |
foto's van deze periode (het bijschrift per foto staat onder de i van informatie [rechtsboven])
aankomst in en vertrek uit miami
met een pendelbootje van boord en bezoek aan cayman island
bezoek aan mahogany bay op roatan, voor de kust van honduras
excursie atun ha (belize) en river wallace
lange busreis met bezoek aan wereldwonder "chichen itza" op yucatan schiereiland (mexico)
key west met hotel, bustour, mallory square, sloppy joe en natuurlijk hemmingway house
everglades city met airboat, moerasbus, alligator "charlie", hotel en uitstapje naar naples (pier)
onze nieuwe auto (gekocht op sint maarten): jeep grand cherokee 5,7 L, 4x4
berry en stanny: aankomst, scubaqua, quill, ruine van nh-kerk, venus bay
Statia, 1 augustus 2016.
Vrienden,
Dinsdag 12 juli komen Berry en Stanny aan op ons eiland. Geheel in stijl want hoewel ze er om twee uur al zouden zijn, landde hun vliegtuig pas om drie uur. Maar ja, het is vakantie dus niet zeuren! Diezelfde middag en de volgende dag rijden we rond langs de belangrijkste punten op het eiland zodat de dingen vinden en boodschappen doen wel zal lukken als wijzelf off island zijn.
Vrijdagochtend gaan Berry en Stanny met Jan op pad naar de kraterrand: altijd weer een imposante aanblik! En dan komt onze eigen vakantie nu wel heel dichtbij. Zaterdagochtend om een uur of elf landen we op Sint Maarten waar we nog even koffie drinken met de net uit Nederland aangekomen Revinio. Zijn vader hebben we gisteravond nog gezien en gesproken bij Fay waar wij met Berry en Stanny hebben gegeten. In een vlucht van ongeveer drie uur brengt American Airlines ons van Sint Maarten naar Miami.
Bij aankomst in Miami doen we er nog eens twee uur over om van de ene kant van de douane naar de andere kant te komen en onze bagage op te halen. Een belangrijke hindernis die moet worden genomen blijkt de dienst CBP (customs and border protection). Natuurlijk hadden wij onze ESTA maar ook dan moet je eerst langs een digitaal loket, waarvan er weliswaar heel veel zijn maar er zijn nog veel meer passagiers dus hier ontstaan rijen. Bij dit digitaal loket wordt je paspoort gescand, een pasfoto genomen en de vingerafdrukken van de linker- of rechterhand. Als je dat proces hebt afgerond spuugt de computer een papiertje uit dat weer toegang verleent tot een volgende wachtrij. Namelijk die waarbij je een echte ambtenaar van CBP ontmoet die wederom een pasfoto van je maakt en ook je vingerafdrukken neemt, ditmaal van beide handen en inclusief de duim. Heel beleefd vroeg ik waarom dat proces tweemaal zo kort achter elkaar benodigd was. Dat was omdat de database waarin de eerstgemaakte foto en afdrukken niet voor hem toegankelijk zijn. Een grote ergernis aan zijn zijde want de door mij gestelde vraag wordt heel vaak op hem afgevuurd. Afijn, een goedkeurend stempeltje verder en we kunnen eindelijk door naar de bagageband, en vanaf daar naar de taxi. Ongeveer een half uurtje later waren we in ons hotel: Leamington Hotel, downtown Miami. We vinden nog een tacotent en we gaan snel slapen.
De volgende dag ontbijten we in het hotel en brengt een taxibusje ons naar de haven. Onze toch niet echt kleine boot (Carnival Glory) ligt met drie andere cruisers aan een immens grote steiger. Om vier uur doen we een veiligheidsbriefing over hoe dat moet met zwemvesten en reddingsboten en dan gaan we eindelijk echt op pad.
De eerste dag op zee (zondag) geeft zon, rust en met ons meezwemmende dolfijnen, althans zo lang je op je eigen balkon blijft want voor de rest worden de gasten massaal vermaakt met "brood en spelen". In de middag zien we, toch nog onverwacht en tamelijk plotseling, Jacinta, Gershon, hun zoon en hun dochter Rose-Anne. Zij blijken met de rest van hun Curacaose familie diezelfde cruise te doen. Dat er een kans bestond dat we hen zouden ontmoeten wisten we voor vertrek al maar als je dan vier van die zeekastelen ziet liggen dan denk je al snel "het zal wel heel toevallig zijn wanneer...". En dan blijkt dat dus toch het geval!
Maandag lopen we Grand Cayman binnen. Dat wil zeggen, we gaan voor anker en we worden met een soort taxibootje naar de wal gebracht. We leren dat er twee pijlers zijn van de lokale economie: toerisme en de bankenwereld die groot is geworden vanwege het belastingvrije klimaat hier. Onze excursie brengt ons langs verschillende markante gebouwen in Georgetown en voert ons langs het lokaal bekende Seven Mile Beach. Dan is er een stop die Hell heet - zo genoemd omdat een lokale bestuurder hier aan het jagen was en mis schoot, daarbij uitroepend "oh hell" - en waar de duivel een souvenirwinkeltje runt. De excursie eindigt bij een Turtle Farm: de er rondzwemmemde schildpadden zijn gigagroot! De bus brengt ons weer terug naar de haven en om vier uur vertrekken we weer. We ontvangen een mailtje van Berry dat zijn proefduik vanochtend ontzettend goed is bevallen.
Had ons een halfjaartje geleden (of eerder) gevraagd naar Mahogany Bay of Roatan en we hadden het niet geweten. Nu wel: Mahogany Bay is een plekje op het eiland Roatan, voor de kust van Honduras. Het was de bestemming van vandaag, dinsdag 19 juli. We doen een excursie die ons langs het beste van Roatan brengt, althans zo belooft ons de naam van de excursie. We bezoeken een leguanenkwekerij (iguana farm), een rumfabriekje, een klein dorpje aan zee vol met kleurige barretjes en winkeltjes (de bus rijdt door de hoofd- en wellicht enige straat in het dorpje en keert dan aan het eind) en een toeristische attractie waarbij op Roatanse wijze brood wordt gebakken en wij getrakteerd worden op traditioneel dansende kinderen. De sfeer op het eiland - net als gisteren overigens - is heel ontspannen. Roatan is een mooi, groen eiland! We menen een gelijkenis te zien met Sint Lucia dat we bij een eerdere cruise hebben leren kennen.
Woensdag arriveren we in Belize: de voormalig Britse kolonie British Honduras, nu een zelfstandig land(je) in Midden Amerika (waar desondanks rechts wordt gereden). Onder leiding van onze gidsen Carol, Amalia en Laverne rijden we naar het Maya-heiligdom Atun Ha. We krijgen enige uitleg over het nogal hierarchisch ingestelde Maya-volk (maar die geschiedenis moeten we misschien nog eens rustig op internet nalezen). Na een smakelijke, lokale lunch (rijst met bonen en kip) wordt de excursie vervolgd met een vaartocht over de rivier Wallace. De oorspronkelijke taal - dus voor de Britse overheersing - is Spaans en we krijgen uitgelegd dat wanneer je de naam van de rivier met een Spaanse tongval uitspreekt je de naam Belize krijgt. De tocht is spectaculair alsof je op een rivier vaart dwars door een tropisch woud (hetgeen eigenlijk ook zo is). In de rivier komen krokodillen voor en in de bomen op de oever slingeren de apen. Waar de rivier uitmondt in de zee is een gebied waar de manatee (lamantee of zeekoe) huist. Aan deze mooie excursie komt een eind en een bootje pendelt ons terug naar de voor anker liggende Carnival Glory.
Donderdag al weer onze laatste excursie deze cruise (morgen is er een dag op zee en zaterdag lopen we weer Miami binnen). De excursie is een beetje bijzonder: vanaf het eiland Cozumel varen we naar het vaste land van Mexico (Yucatan) en aldaar volgt een busreis van twee uur, dan bezoeken we iets bijzonders en ten slotte weer twee uur in de bus en nog eens een klein halfuurtje op het taxibootje. Deze dagindeling hadden we ons vooraf niet goed gerealiseerd en het doel van de excursie moet dan ook wel heel bijzonder zijn om deze dagindeling te rechtvaardigen. En dat was het ook wel: Chichen Itza, een Maya-bolwerk met de status van "wereldwonder" (wij wisten het niet...). De Maya-architectuur en hun kennis van de beweging van hemellichamen en de daarop gebaseerde kalender is indrukwekkend. Een nadeel van de status van "wereldwonder" is de enorme aantrekkingskracht op souvenirverkopers die van alles "voor weinig" proberen te verkopen. Al met al toch wel een bijzondere dag vandaag!
Na een rustige vaardag op vrijdag - een groepje dolfijn liet zich zien - komen we zaterdag aan in Miami. Nadat we door de douane zijn met onze bagage gaan we met een shuttle naar het vliegveld. Daar huren we een auto en proberen de autoweg US-1 te vinden die ons naar Key West zal leiden. In Miami gaat het hier en daar fout met het vinden en aanhouden van de juiste weg maar uiteindelijk zitten we op de tweebaansweg zoals die ook ligt tussen Alkmaar en Den Helder maar dan ongeveer tweehonderd kilometer achtereen. De eerste helft daarvan doen zich geregeld files voor en al met al zijn we pas een uur of zes in de middag bij ons hotel in Key West.
De volgende (zon)dag doen we een eenvoudig ontbijt in een eettentje schuin tegenover ons hotel voor ongeveer veertig (!) dollar. Deels omdat we de menukaart niet goed genoeg hadden bestudeerd maar ook omdat Key West nu eenmaal een toeristische trekpleister is en dat wakkert de prijzen over het algemeen flink aan. We wandelen verder over de wereldberoemde Duval Street en zien diverse bekende plekken (waaronder Sloppy Joe: de kroeg waar Hemingway zich indertijd graag liet zien). Bij Mallory Square kijken we over de houten balustrade waar in de avond altijd weer veel mensen zich verzamelen voor een mooie blik op de zonsondergang. We doen een rondrit per bus langs de bekende plekken van Key West en bezoeken het Hemingway-huis: hier heeft hij in de jaren dertig van de vorige eeuw gewoond en gewerkt. Wij ronden de dag af met wat boodschappen en een heerlijke hap bij een Italiaan vlak bij ons hotel.
Maandagpchtend, zo bedenken wij ons, vertrekken we weer uit Key West. Niet dat we alles hebben gedaan of beleefd in deze bijzondere uithoek maar voor een goede impressie hebben we de belangrijkste dingetjes wel gezien. We rijden over de US-1 naar het noorden, ter hoogte van Miami volgen we de Florida Turnpike tot aan US-41, die we naar het westen volgen. Laatstgenoemde weg steekst dwars door de Everglades en in Everglades City - we zijn dan ca. zes uur of ca. 300 mijl (ca. 500 km) verder - betrekken we het gelijknamige motel. Het stadje doet enigszins uitgestorven aan, de houten huizen zijn mooi en ruim opgezet: het heeft wel iets van IJsland: de houten huizen en de kleuren er van. We rijden wat rond in de omgeving en verder doen we deze dag niet zo veel.
Dinsdag gedragen we ons als echte toeristen in de Everglades. We melden ons bij Captain Jacks airboats waarop we een uur worden rondgeleid in het mangrove-moeras. Een airboat is een boot met diepgang van bijna niets, voortgestuwd door een enorme ventilator op het achterschip (het geluid ervan doet denken aan vliegen met Winair). In het water grote hoeveelheden vis en ook hier en daar alligators, bij vertrek worden we zelfs gegroet door een vlak langs ons zwemmende, vrolijke dolfijn! In de (mangrove)bomen zo af en toe een raccoon (wasbeer). We hebben een combiticket gekocht: naast deze vaartocht doen we - een paar kilometer verderop - nog een vaartocht, ditmaal naast mangrove ook vooral veel gras in het lage water. En natuurlijk weer af en toe een alligator en een krokodil. We maken nog een derde tocht maar nu met een bijzonder soort terreinwagen: een soort open dubbeldekkerbus met alleen maar de bovenverdieping. Op de benedenverdieping niets, behalve natuurlijk de grote wielen die ons door het drassige terrein - een bos vol met cypressen - brengen. Onderweg uitleg over de bewoners van de Everglades: niet alleen de dieren maar in de negentiende eeuw ook de indianen. We eindigen de dag natuurlijk weer bij ons motel.
Woensdag doen we een rondje naar de kust van de Golf van Mexico. Via het grootste van de zgn. "tienduizend eilanden" - Marco Polo - in dit deel van de Everglades komen we aan in Naples. De pier van Naples is een toeristisch hoogstandje en steekt in eerdergenoemde Golf van Mexico. We hebben vast niet alles gezien van Naples en haar omgeving maar het lijkt een gegoede stad met ogenschijnlijk veel meer dan modaal verdienende inwoners (te zien aan de aard van de woningen en winkels) maar desondanks komt ook het woord "troosteloos" in ons op. We zouden hier voor geen goud willen wonen (geef ons maar onze eigen en vertrouwde "Golden Rock"). We drinken nog een biertje in het Island Cafe (naast ons motel) alwaar we (samen!) ook nog een 16-inch pizza wegketsen!
Donderdag gaan we terug naar Miami: vandaag is immers onze terugvlucht naar Sint Maarten. We hebben tijd genoeg, we drinken onderweg koffie bij MacDonalds (best lekker) en in bet begin van de middag hebben we onze huurauto teruggebracht en wachten we op de vlucht bij de gate (die lange tijd D5 is maar op een gegeven moment toch weer wijzigt in D15). Eenmaal op Sint Maarten pakken we een taxi die ons snel bij hotel Alegria brengt. Een veel te duur hotel met een heel vervelend management: de klant staat absoluut niet centraal: klanten zijn hier niet meer dan "instrumenten" via welke het hotel haar omzet draait! Een absolute afrader!
Vrijdag huren we een auto en rijden wat rond. Twee doelen hadden we ons gesteld bij ons verblijf in Sint Maarten. Een ervan betreft het kopen van wat overhemden bij Cotton Cool in Back Street: hiervan is niets gekomen. Het andere betreft een orientatie op een andere auto: onze Ford Escape begint immers wat oud te worden en begint dienovereenkomstige verschijnselen te vertonen. We rijden langs een zaak met tweedehands autos en laten ons bijstaan door - hoe Statiaans! - een op Sint Maarten wonende vriend van de broer van de vader van Saskia, die mijn mentorleerling op de GvP-school is. Bovendien had deze "kennis" een aantal jaar geleden onze Amerikaanse buren succesvol geadviseerd bij hun aankoop van een pickup. Om een lang verhaal kort te maken: binnenkort verwachten we op Statia rond te rijden in onze nieuwe Jeep Grand Cherokee 5,7 L uit 2005.
Zaterdag reizen we terug naar ons eiland en Berry en Stanny halen ons af van het vliegveld. Wij doen onze verhalen en zij de hunne. Zondag gaan we naar de kerk en zwemmen we in de middag weer vertrouwd in "onze" zee. De canavalsoptocht van zaterdag hebben we aan ons voorbij laten gaan, in die van zondag - met dansende jeugd - kwamen we terecht toen we op weg waren van de zee naar Duggins. Maandagochtend wandelen Stanny, Berry en Jan naar Venus Bay (voor de kenners: de grote boomstam waar je op kunt zitten bij Venus Bay blijkt inmiddels voor de helft verkoold: heeft iemand geexperimenteerd met een vergroot- of brandglas? we weten het niet...) en rond het middaguur halen we onze maaltijd op bij de Food Sale bij Charlies Place.
En dan wordt het nu hoog tijd om dit enorm lange vakantieverhaal als nieuwsbrief weg te ketsen. Als we er langer mee wachten wordt-ie alleen maar langer. Tot de volgende keer!
Mia en Jan.